Een algemene nietigheidsgrond bij de aankoop van een onroerend goed. Er is sprake van benadeling inden de verkoper in de verkoopprijs van een onroerend goed voor meer dan zeven twaalfden is benadeeld. De verkoper kan dan de ongeldigheid van de overeenkomst inroepen.
Omdat er sprake is van een nietigheidsgrond kan de verkoper niet op voorhand afstand doen van zijn recht om de vernietiging te eisen. Wel kan de verkoper er later afstand van doen. Er zal geen sprake zijn van benadeling indien de verkoper voor minder dan zeven twaalfden is benadeeld.
Deze nietigheidsgrond dateert uit het Romeins recht. Rijke grootgrondbezitters hadden er rond de zesde eeuw een sport van gemaakt om de grond van arme ongeschoolde boeren goedkoop te kopen. Omdat het keizerrijk hierdoor veel belastinginkomsten misliep, werd besloten om de koop nietig te verklaren bij een al te grote benadeling. Tot op heden passen we dat benadelingssysteem nog steeds toe, maar dan met een focus op de bescherming van de verkoper. De bescherming van de fiscus zit immers op een andere manier in ons recht ingebed: voor de registratierechten baseert de fiscus zich minimaal op de werkelijke waarde en niet op de verkoopprijs. Hierdoor heeft de fiscus ook bij een benadeling van minder dan zeven twaalfden recht op de volle pot.