Een studentenkot uit de goede ouwe tijd, die vind je niet meer. Meer nog, die mag je zelfs niet meer vinden. Studentenkamers en -koten zijn omwille van veiligheidsregels onderworpen aan heel strenge eisen. Nieuwe studentenresidenties vullen die nood perfect aan. Ook beleggers zien in dat dit een wel heel interessante investering kan zijn. En hier is waarom!
Het investeren in studentenkamers als vastgoedinvestering is niet nieuw. Je zal je misschien herinneren dat jouw vroegere kotbaas meerdere panden in zijn bezit had. En daar had hij goede redenen voor. Rendement, om er maar één te noemen. Vandaag de dag is dat niet anders. Studentenkamers leveren een mooi rendement op maar toch veranderden doorheen de tijd enkele zaken.
Vroeger was alles makkelijker, zeker als het aankwam op studentensteden. Brussel, Leuven, Antwerpen en Gent en dan bereikte je bijna alle studenten. Recent kwamen daar Mechelen, Roeselare, Hasselt, Brugge, Kortrijk, Aalst, Diepenbeek,… bij. Elk jaar stijgt het aantal studenten aan hogescholen en universiteiten. Voor academiejaar 2015-2016 tekende Onderwijs Vlaanderen een groei van 1,1 procent inschrijvingen op. Op 30 september 2015 waren er ongeveer 230.000 inschrijven verdeeld over 22 instellingen doorheen Vlaanderen.
Lees meer: Wat zijn de nadelen van investeren in studentenkamers?
Wie wil investeren in studentenkamers bekijkt dus maar beter eerst de markt voor hij of zij lukraak ergens een pand kopen. Voor een goede locatie overstijgt de vraag nog heel vaak het aanbod. Als belegger echoot dan maar één woord doorheen je hoofd: zekerheid! In het kielzog van de zekerheid volgen de opbrengsten. Een toplocatie faciliteert een hogere vraagprijs. Een studentenkot wat goed gelegen is en voorzien van alle comfort, is en blijft grof wild op de markt van de studentenkamers.
Waar een opbrengsteigendom zoals een winkel, tweede woning, handelspand, en andere een hoge investeringskost vergen, valt de aankoop van een studentenkamer best mee. Reken op ongeveer 100.000 euro voor een nieuw studentenkot met alle voorzieningen. Best betaalbaar! De sector beweert bovendien dat een jaarlijks rendement van 7 à 8 procent haalbaar moet zijn. Een nettorendement, na aftrek van de kosten, van 4% is al billijk.
