De patrimoniumvennootschap biedt een (soms) interessante uitweg. Onroerende goed onderbrengen in een vennootschap is niet per definitie een goed idee. Er zijn immers nogal wat nadelen verbonden aan dergelijke juridische constructies.
De nadelen stellen zich nogal prominent voor bij de verkoop van het onroerend goed. Op dat moment krijg je een fiscale rekening gepresenteerd aan 33,99% op de meerwaarde ervan. Bij een gebouw met afschrijvingen kan dat dus nogal fors oplopen. En toch, elk nadeel heeft ook voordelen en het is aan u de afweging of voor uw geval de voordelen toch niet nèt dat tikje interessanter zijn.
Het wordt met name interessant als je een financiële en fiscale planning wil maken voor pakweg de volgende 20 jaar en als je als eigenaar een redelijk uitgebouwd patrimonium bezit. Vooral als je voor jouw erfopvolgers een regeling wil treffen die een fiscaal interessanter alternatief biedt voor de pakweg 27% successierechten die zij zullen moeten ophoesten bij jouw overlijden. Maar het voordeel is hierbij niet limitatief tot deze categorie van de fiscaliteit.
Lees meer: Hoe kan je voordelig vastgoed schenken
Een eerste belangrijk onderscheid: personenbelasting of vennootschapsbelasting?
1. De directe belastingen en de personenbelasting (te verhogen met de gemeentebelasting of ‘opcentiemen’) op de netto-buurinkomsten en de onroerende voorheffing.
2. De vennootschapsbelasting: een dividendenuitkering die wordt belast aan 25% en de voordelen van de notionele intrestaftrek kunnen ervoor zorgen dat hier een substantieel verschil wordt gemaakt ten opzichte van de situatie de situatie hierboven beschreven. Bij een huurinkomst van pakweg 60.000 EUR per jaar kan dit een winst betekenen van 10.000 EUR!
Lees meer: Indirect beleggen via vastgoedbevak
En wat met de zogenaamde ‘indirecte belastingen’?
De successierechten kunnen door de inbreng van vastgoed in een vennootschap behoorlijk lager uitvallen. Het inbrengen van het onroerend goed in een vennootschap is geen rocketscience. In een verder artikel komen we hierop terug. In een verder stadium kan de de vennootschap geschonken worden aan 3% schenkingsrechten (Vlaanderen). De constructie kan vrij voorzien in een vruchtgebruik voor de schenkers. Zodoende vermijd je de pijnlijke factuur van 27% successierechten.
Een eerste voorlopige conclusie
De constructie van een patrimoniumvennootschap biedt naar gelang de case zeker interessante mogelijkheden. Daarin zijn de belangrijkste actoren de 1° notionele intrestaftrek, 2° de verlaagde schenkingsrechten en 3° het enorme contrast in successierechten. Uiteraard mag je bij de beslissing niet over éénnacht ijs gaan.
Jouw accountant of advocaat met specialisatie in taxplanning kan je bijstaan in deze keuze.