De afgelopen jaren vertoonden een hausse in de verkoop van zonnepanelen. Recent bereikt echter een aantal verontrustende berichten de media omtrent deze groene aankoop. Zo draaide Vlaanderen de ‘terugdraaiende meter’ weer naar voor met 35 tot 60% via het ‘prosumententarief’. Tegelijk werd de waarde van groenestroomcertificaten de facto tot nul herleid en is het voortbestaan van dit voordeel bedreigd. Loont het dan nog wel om te investeren in zonnepanelen?
Eerst isoleren
Is het dan eigenlijk nog wel zinvol om te investeren in zonnepanelen? Dat is de vraag die de meeste beleggers zich nu stellen. Als de groenestroomcertificaten in de praktijk geen waarde meer hebben (2014), als de opbrengsten via het prosumententarief worden teruggeschroefd (1 juli 2015), en als er straks ook in de andere gewesten netvergoeding bijkomt; is het sop dan nog de kolen waard? Zonnepanelen zijn immers ook niet bepaald goedkoop in aankoop. Bovendien komen hier ook nog eens tal van extra kosten, regelingen en controles om de hoek kijken.
Daarnaast is het trouwens niet altijd zinvol om zomaar zonnepanelen te plaatsen. Pas bij een structureel energiezuinig woning is de plaatsing waarlijk efficiënt en effectief. Je doet er dus goed aan eerst alle andere energie-ingrepen door te voeren: van isoleren tot zelfs het installeren van zuinige huishoudtoestellen.
Prijs
Investeerders trekken zich dan maar op aan de dalende prijs. Zonnepanelen kosten almaar minder sinds het einde van de jaren 2000. Per kilowatt-piek (kWp) betaal je tegenwoordig tussen 1400 en 1800 €. Voorheen was dat al snel 5000 €. Verder is het mogelijk dat het wegvallen van de groenestroomcertificaten voor nieuwe installaties nog enigszins kan opgevangen worden door gemeentelijke en provinciale premies, doch dit hangt af van je locatie.
Wel behouden blijft het feit dat zonnepanelen geen effect hebben op het kadastraal inkomen. Wanneer de panelen gefinancierd zijn in het kader van een woninglening is verder nog een belastingvoordeel mogelijk.
Lees meer: Hoe het rendement op vastgoed berekenen?
De prijs is zo misschien wel het lichtje aan het einde van de tunnel. Hij heeft een grote impact, ook op het rendement van de investering. Alleen kan hij sterk verschillen (en ook oplopen) al naargelang je locatie, de installatie-context en het type panelen.
Onzekerheid
De toestand is dus onzeker, en misschien ook wel ernstig. Zo kan het alvast wel met zekerheid gezegd worden dat investeren in zonnepanelen geen risicoloze onderneming meer is. Op lange termijn is het bovendien nog altijd niet duidelijk hoe deze energievorm zal presteren, hoeveel dat zal kosten, welke defecten kunnen optreden en welke invloed die kunnen hebben.
Door de hierboven vermelde overheidsingrepen is het rendement van zonnepanelen ook sterk afhankelijk geworden van het gewest. In Brussel is de situatie bijvoorbeeld gunstiger en in Wallonië verraderlijker dan in Vlaanderen. Vlaanderen biedt het voordeel van de duidelijkheid: het investeren in zonnepanelen verdient hier enkel nog geld terug via de terugdraaiende meter. De toekomst van groenestroomcertificaten is onzeker, allicht onbestaand.
Rendement
Ondertussen zorgt het prosumententarief wel degelijk voor een gereduceerd rendement. Volgens Test Aankoop bedraagt de surplus van een installatie van 1500 kWp met uitstekende oriëntatie nu tussen 2 en 7%: 2% in Vlaanderen, 6% in Wallonië en 7% in Brussel. In Vlaanderen wordt een minder gunstig georiënteerde installatie zo al snel moeilijk rendabel. Dat geldt dubbel wanneer de basisingrepen qua energiezuinig wonen nog niet werden uitgevoerd. In dat geval kan de belegger sowieso best overgaan tot andere energiebesparende werken, eerder dan te investeren in zonnepanelen.
