“Als je het kan dromen, kan je het doen ook!”, aldus Walt Disney, doorbijter pur sang met een bodemloos scala aan cartooneske ideeën. Het begon met een eigenzinnige muis. Een onstuitbaar talent voor de creatie van dolkomische situaties en een batterij getalenteerde tekenaars stonden garant voor karrenvrachten geluk op miljoenen kindertronies. Samen met de ideeën volgden de dollars, veel dollars!
De jonge Walt Disney
Het is 1901 wanneer de kleine “Walter Elias Disney” in Chicago’s bevolkingsregister kon worden bijgeschreven. Een trio broers en een zus maakten het gezin compleet. Een zoektocht naar een vaste stek, leidde het gezin Disney in 1917 toch terug naar de grootste stad van de staat Illinois. Walt had ondertussen een cartooncursus gevolgd en was ook kind aan huis in de kunstacademie. Na een vrijwillige carrière als ambulancier bij het Rode Kruis in Frankrijk, waar hij zijn ambulance opsmukte met tekeningen, vond Walt Disney werk als tekenaar in Kansas City.
De eerste studio
In de “Kansas City Ad Company” leerde hij Ub Iwerks kennen. Geboeid door de stiel, was Disney ervan overtuigd dat hij ook animatiefilms kon maken. Met een geleende filmcamera ging hij aan de slag in vaders garage. “Laugh–O–Gram Studio”, Disney’s eerste filmstudio, zag het levenslicht in mei 1922. Walt Disney wist wat hij kon, maar kende ook zijn zwakheden. Hij omringde zich met getalenteerde tekenaars, zoals Ub Iwerks, en liet zijn eigen talent om grappige situaties te bedenken, overuren kloppen.
Grensverleggende inspiratie en faillissement.
Financieel liep het voor de cartoonboer niet zoals gepland. Disney verkocht zijn appartement en overnachtte in de studio. Rondscharrelende muizen stoorden Disney’s nachtrust echter. Ééntje was opmerkelijk tammer dan zijn vriendjes. Disney besloot het wezentje te huisvesten in een klein kooitje in zijn bureau. Terwijl Walt Disney figuurtjes schetste, bakkeleide het muisje op zijn tekentafel. Helaas leidden slechte betalers de studio naar het faillissement. Disney schonk zijn tamme vriend de vrijheid en spoorde naar Los Angeles.
Van een konijn naar Disney’s alter ego
Op 16 oktober 1923 richtte Disney met broer Roy “The Disney Brothers Studio” op. “Oswald the Lucky Rabbit” was Disney’s favoriete figuurtje. Hij verloor in 1927 echter de rechten aan Universal Studios en besloot zijn tamme speelkameraadje te schetsen. Met Mickey Mouse creëerde Walt Disney zijn alter ego. Een muisje dat droomde, nooit opgaf in moeilijke situaties en steeds een verstandige oplossing uitwerkte. Aanvankelijk vond Disney geen draagvlak voor het figuurtje tot hij in 1928, net zoals Warner Bros een jaar eerder had gedaan, geluid toevoegde aan de film. Een schot in de roos!
Films, Oscars en een attractiepark
“Sneeuwwitje en de zeven dwergen”, Disney’s eerste langspeelfilm, werd met huiveringwekkend enthousiasme onthaald. Gigantische kassuccessen volgden, waaronder Pinocchio, Peter Pan, Alice in Wonderland, Assepoester, Bambi, Doornroosje en Mary Poppins. Uiteindelijk mocht Disney’s poetsvrouw het stof van 26 Oscars afnemen. Het succesvolste knaagdier ter wereld kreeg in 1978 zelfs een ster op de Hollywood Walk of Fame. Suikerbonen waren er in 1955 voor het eerste attractiepark “Disneyland Resort” in Los Angeles. Er zouden 5 stuks volgen. Disney’s fabriek floreerde. In 1962 volgde de beursgang.
Lees meer: 6 films over beleggen die je moet gezien hebben
Een hongerig mediaconglomeraat
In 1966, “Jungle Book” stond in de steigers, overleed Walt Disney. Broer Roy hield de uitgetekende koers aan. Disney’s winkel heette vanaf 1986 “The Walt Disney Company”. Disney bleef groeien, mede door overnames. De omzet steeg jaar na jaar tot bijna 60 miljard dollar in 2018. De grootste onafhankelijke filmproducent ter wereld had in het voorjaar van 2019 nog 71 miljard dollar veil voor het gros van de activiteiten van 21st Century Fox!
