De jongste tijd gaat de belangstelling van de beleggers in Europese aandelen nogal sterk uit naar de wisselkoersontwikkelingen. Want de recente daling van de dollarkoers tegen opzichte van de euro kan de exportkansen en dus ook de toekomstige winsten van de Europese bedrijven op de helling zetten. Volgens ons zijn er echter geen redenen om ongerust te zijn.
World Economic Forum
Donald Trump legde op 30 januari zijn eerste State of The Union verklaring af. Voordien kreeg zijn komst naar het World Economic Forum in Davos heel wat aandacht. Hij moest er een beetje ongerustheid moest wegnemen over de daling van de dollarkoers, waarover beleggers zich in januari zorgen begonnen te maken.
In Zwitserland had de Amerikaanse financiën minister Steve Mnuchin immers verklaard dat “de zwakke Amerikaanse dollar een goede zaak is voor de Amerikaanse handel”. Daarmee trad hij de stilzwijgende afspraak tussen de westerse grootmachten om in het openbaar niets te ondernemen dat de valutakoersen zou kunnen beïnvloeden met voeten.
Het veroorzaakte op de wisselmarkten enige deining want er moest plots tot 1,25 dollar voor 1 euro worden betaald. Mario Draghi, de voorzitter van de Europese centrale bank, gaf daarop zelfs toe dat de toenemende volatiliteit van de wisselkoersen stilaan een grote bron van onzekerheid is. Uiteindelijk was het Donald Trump die de gemoederen tot rust bracht. Tijdens een interview in Davos verklaarde de Amerikaanse president immers dat de dollar sterk zal blijven en zelfs “stronger and stronger” zal worden naarmate de economie dankzij zijn belastinghervorming steeds beter gaat draaien. Hij zei ook dat de woorden van Steve Mnuchin uit hun context waren gerukt. Daarop zakte de euro-dollarkoers terug tot circa 1,245.
Lees meer: Factoren die de wisselkoersen kunnen beïnvloeden
Geen paniek nodig
Beleggers lijken zich dan ook weinig zorgen te moeten maken over de evolutie van de wisselkoersen. Econometristen hadden eerder berekend dat de winst per aandeel voor de Europese bedrijven bij een wisselkoersverhouding van 1,25 dollar voor een euro zowat 7% zou bedragen en dat die winst bij een verhouding van 1,35 dollar voor 1 euro helemaal in het niets zou verdwijnen. Maar zover lijkt het niet te zullen komen.
In de Verenigde Staten zullen de gevolgen van de belastinghervorming immers merkbaar beginnen te worden in de economische cijfers en zo de dollar versterken. In Europa kan de drukke politieke agenda in maart de risicopremie in de eurozone doen oplopen en de euro doen verzwakken. De kans dat op korte termijn meer dan 1,30 dollar voor een euro moet betaald worden, lijkt dan ook klein. Met andere woorden: de invloed van de wisselkoersverhouding tussen de dollar en de euro op de Europese aandelenkoersen zal, in tegenstelling tot wat sommige analisten hadden voorspeld, wellicht vrij beperkt blijven.